De aanstaande Omgevingswet en de privatisering van bouwtoezicht zullen leiden tot een verandering van het werk van vergunningverlening, toezicht en handhaving. Het Rijk stelt zich terughoudend op met betrekking tot vergunningsplichten in de Omgevingswet en geeft gemeenten meer maatwerkmogelijkheden om vergunningplichten te beperken of uit te breiden. De tendens is dat de overheid zich minder controlerend en meer dienstverlenend op zal stellen. Vergunningen moeten binnen 8 weken afgegeven kunnen worden. Dit heeft ingrijpende consequenties voor de inrichting van het (digitale) werkproces van zowel vakafdelingen als vergunningverlening. Verder wordt een groot aantal wetten en regelingen samengevoegd.

Doordat het omgevingsplan dat voortvloeit uit de Omgevingswet globaal is en het digitaal stelsel Omgevingswet pas wordt opgeleverd na de ingangsdatum van de Omgevingswet, is het risico dat:

• vergunningsaanvragen niet binnen acht weken na aanvraagdatum worden beschikt omdat het omgevingsplan te globaal is om de aanvraag aan te toetsen,
• maatwerk vergunningsaanvragen passen niet binnen de standaardprocessen waardoor het herziene vergunningsproces niet (tijdig) geautomatiseerd kan worden en

- handhaafbaarheid van bouwwerken wordt bemoeilijkt.

In aanloop naar de Omgevingswet het systeem voor vergunningverlening aanpassen zodat de termijn van 8 weken haalbaar is. Tevens wordt geanalyseerd hoe de werkprocessen van toezicht en handhaving zullen veranderen na invoering van de omgevingswet. Tenslotte worden in deze ‘nieuwe’ werkprocessen enkele concrete dossiers uitgeprobeerd.